Maak kennis met Caroline Molenaar: de dierenverzorger die extrusie-expert werd
Caroline Molenaar is sinds ruim 5 jaar medewerker bij Hydro, een bedrijf met ruim 32.000 medewerkers. En niet omdat ze een teamleider en mentor is die één van de aluminium extrusiepersen bedient bij Hydro Extrusion Drunen (Nederland). “Ik heb gestudeerd om dierenverzorger te worden. Ik werk graag met dieren,” zegt Caroline. “Maar dit werk is ook leuk.”
Drunen is een relatief klein dorp – het heeft ongeveer 18.000 inwoners – in het zuiden van Nederland. De extrusiefabriek, opgericht door Alcoa in 1966, is ook relatief klein. Maar de fabriek met twee persen maakt een grote indruk en staat bij klanten bekend als een betrouwbare leverancier van lange profielen en bewerkte componenten.
Het bedrijf doet het goed, voornamelijk dankzij de betrokkenheid en expertise van zijn medewerkers, zoals Caroline Molenaar, de operator die ook dierverzorger had kunnen zijn. Of andersom.
Overigens ligt Dierenpark De Schroef op slechts 750 meter van de Hydro-locatie.
Waarom heb je voor deze baan gekozen als operationeel medewerker bij een industrieel bedrijf?
Ik had het geld nodig, en dit bedrijf nam mensen aan. Ik herinner me mijn eerste dag als fulltime werknemer. Het was 1 januari 2019. Het was een goede dag. En nu vind ik het leuk. Ik werk graag met mensen, maar ik werk ook graag met mijn handen, wat je doet aan de machine. Dus daarom heb ik hiervoor gekozen.
Bij Hydro hebben we Care (zorg), Courage (moed) en Collaboration (samenwerking) als onze waarden. Je hebt het gevoel dat je hier een speciale cultuur hebt die ze daar waarschijnlijk niet hebben. Het is een beetje anders. Ik zie het in de fabriek. Het is netjes. In fabrieken word je altijd vies, dus het is fijn dat het hier schoon is.
Je volgt nu een training leidinggeven. Wat heb je geleerd?
Hoe je feedback geeft, kritiek of complimenten, en als er iets aan de hand is, zoals een ruzie, wat je moet doen om het op te lossen. Als mentor bij de pers train ik mensen. Ik stuur ze aan. Ik vertel ze wat ze moeten doen en leer ze dingen, en dat is goed. Ik vind het leuk om dat te doen. Andere vrouwen mentoren en hen helpen en behouden, is ook belangrijk. En misschien, sneeuwbalt het zodat nog meer vrouwen bij ons willen komen werken.
Aan het eind van de werkdag ben ik mentaal meer moe dan fysiek, hoewel je veel loopt. Als de machine problemen heeft, moet je veel nadenken. Hoe kan ik het oplossen? Of moet ik iemand anders het laten oplossen, zodat zij kunnen oefenen? Als ik het antwoord al weet, laat ik iemand anders het doen.
Iemand iets leren en zien dat ze het begrijpen geeft me een gevoel van trots. Gezamenlijk een gevoel van trots ontwikkelen in iets. Het is het gevoel van trots dat je naar je werk blijft gaan, toch?